De gemeente Oudewater heeft de openbare ruimte in beheer. In die ruimte vindt een groot aantal activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Voor die activiteiten bestaat de openbare ruimte uit een aantal kapitaalgoederen op gebied van infrastructuur (wegen, water, riolering, kunstwerken), voorzieningen (groen, verlichting, sportfaciliteiten) en gebouwen. Al deze kapitaalgoederen dienen onderhouden te worden. Gezien de duurzaamheid van de kapitaalgoederen is dat een taak die continu budgettaire middelen vergt. Doel van deze paragraaf is om daar inzicht in te geven en het kader te schetsen voor zes hoofdonderwerpen: integraal beleid openbare ruimte (o.a. wegen, groen, kunstwerken en meubilair), riolering, baggeren, sportvelden en gebouwen.
Paragraaf 3 Onderhoud kapitaalgoederen
Wettelijk kader en gemeentelijk beleid
Terug naar navigatie - Wettelijk kader en gemeentelijk beleidBeheerplannen
Voor de meerjarige onderhoudsramingen van enige omvang wordt in Oudewater gewerkt met beleids- en beheerplannen, waarin gekoppeld aan de keuze voor een bepaald onderhoudsniveau, een meerjarenraming wordt gemaakt van de kosten. Daarin worden die kosten van onderhoud gesplitst naar:
- klein onderhoud (dekking kosten via exploitatie);
- groot onderhoud (dekking kosten via exploitatie en via voorziening);
- vervangingen / renovatie (dekking kosten via kapitaalkrediet).
Deze beheerplannen omvatten in principe een periode van 5 tot 10 jaar.
Stand van zaken uitvoering advies accountant voor betere onderbouwing reserves
Naar aanleiding van een eerder advies van de accountant is gestart met het up to date krijgen van de beheerplannen voor de openbare ruimte. Ze bleken eerder onvoldoende werkbaar en een update was daarom gewenst. Daarom zijn de voorzieningen tijdelijk omgezet in reserves. Ook in 2023 wordt ingezet op het compleet maken van de benodigde beheerplannen. Wegens beperkte capaciteit worden de plannen achtereenvolgens opgepakt. Daarnaast wordt ingezet op het omzetten van de voorziening/reserves richting de gewenste systematiek conform Woerden. Voor grote projecten is bijvoorbeeld een voorbereidingsbudget/-krediet ingevoerd. Als resultaat van deze projectfase wordt een scenario-keuze met bijpassende financiële onderbouwing aan het bestuur voorgelegd. Hiermee worden college en raad optimaal in hun rol en behoefte gesteund. En worden keuzes vanuit techniek, participatie en haalbaarheid transparant ten opzichte van elkaar afgewogen.
Voorzieningen (tijdelijk reserves)
Voor het groot onderhoud bestaat de keuze tussen dekking van de kosten via de exploitatie dan wel via een te vormen voorziening. In principe geldt dat het werken met voorzieningen de uitzondering moet blijven, immers in principe behoren onderhoudsuitgaven binnen de exploitatie te worden opgevangen. Alleen als het verloop van de uitgaven over de jaren zo schommelt dat dit de financiële positie van de gemeente verstoort, kan gewerkt worden met een voorziening.
Over het algemeen zal dat alleen het geval zijn als er sprake is van een beperkt aantal grotere objecten, waardoor het uitgavenniveau per jaar sterk kan variëren. Als sprake is van een groot aantal (deel)objecten kan het onderhoudsbudget normaliter daarover jaarlijks in redelijk gelijke delen worden verdeeld.
Beleid en belangrijkste projecten per hoofdonderwerp
Terug naar navigatie - Beleid en belangrijkste projecten per hoofdonderwerpIn 2023 wordt gewerkt met de volgende beleids-/ en beheerplannen:
· Handboek Inrichting Openbare Ruimte Oudewater (HIOR);
· AVOI en het Handboek kabels & leidingen 2018;
· Gemeentelijk WaterbeleidsPlan (GWP) 2020-2024;
· Baggerplan;
· Wegenbeheersplan 2017-2026;
· Meerjaren onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen (MOP);
· Civieltechnische Kunstwerken 2014-2023;
· Nota Openbare Speelruimte 2013;
· Masterplan Binnenstad Oudewater.
Kwaliteitsniveaus
De kwaliteitsniveaus zijn in financiële zin vertaald in de begroting (zie ook programma 2). De hierna volgende tabel geeft weer wat de budgetten zijn voor onderhoud (interne uren en derden), overig (kapitaallasten, belastingen etc.) en welke beschikbaar zijn voor vervanging en reconstructie. De vervangings- en reconstructie-maatregelen worden daarbij gedeeltelijk via investeringen gefinancierd. Daarnaast zijn investeringen opgenomen die worden afgeschreven. In de tweede kolom staan de investeringen 2023. Op grond van het in deze bijlage opgenomen overzicht autoriseert uw raad de kredieten.
BEGROTING 2023 | Onderhoud 2023 | Kapitaallasten 2023 | Totaal exploitatie 2023 | Vervanging/ reconstructie | |
A) IBOR | 1-Verhardingen | 974.185 | 236.682 | 1.210.867 | 640.000 |
1-Gladheidbestrijding | 81.315 | 11.500 | 92.815 | 25.000 | |
2-Groenvoorziening | 324.203 | 20.185 | 344.388 | 235.000 | |
2-Onkruidbestrijding | 67.888 | 0 | 67.888 | 0 | |
2-Speelvoorzieningen | 10.884 | 15.668 | 26.552 | 0 | |
3-Straatmeubilair | 17.405 | 0 | 17.405 | 0 | |
3-Elektrakasten | 0 | 4.924 | 4.924 | 0 | |
3-Verlichting | 475.829 | 0 | 475.829 | 0 | |
4-Beschoeiingen/kademuren | 0 | 154.573 | 154.573 | 0 | |
5-Civiele kunstwerken | 199.251 | 135.673 | 334.924 | 0 | |
Subtotaal | € | 2.150.960 | 579.205 | 3.630.165 | 900.000 |
B) | Riolering | 765.304 | 785.889 | 1.551.193 | 1.997.300 |
C) | Baggeren | 160.202 | 0 | 160.202 | 0 |
D) | Sportvelden (complex) | 95.992 | 40.228 | 136.220 | 0 |
Totaal | € | 3.172.458 | 1.405.322 | 7.475.080 | 2.897.300 |
Overzicht hoeveelheden IBOR en verbeelding van kwaliteitsniveaus
Terug naar navigatie - Overzicht hoeveelheden IBOR en verbeelding van kwaliteitsniveausType asset | Omvang (indicatie) | Kwaliteitseis | |
Verharding | 580.000 | m2 | CROW Beeldkwaliteit B |
Beplanting | 127.000 | m2 | Zorgplicht |
Bomen | 8.000 | stk | Zorgplicht |
Bruggen en steigers | 54 | stk | CROW Beeldkwaliteit B voor rijbaan als onderdeel van verharding |
Gras | 527.000 | m2 | Zorgplicht |
Inrichtingselementen | 3.000 | stk | Zorgplicht |
Kademuren en damwanden | 1300 | meter | Zorgplicht |
Lichte beschoeiingen | onbekend | meter | Zorgplicht |
Markt- en Evenementenkasten | 1 | stk | Zorgplicht |
Openbare Verlichting houten masten * | 102 | stk | Zorgplicht |
Openbare verlichting elektrakasten | 23 | stk | Zorgplicht |
Speeltoestellen | 117 | stk | Zorgplicht |
* Betreft houten masten in gemeentelijk eigendom. Overige masten en alle armaturen zijn in eigendom en beheer bij CityTec. | |||
Binnenstad | Woongebieden | Bedrijventerreinen | Buitengebied | |
Percentage areaal dat moet voldoen aan niveau ? | groter of gelijk aan 80% | groter of gelijk aan 80% | groter of gelijk aan 80% | groter of gelijk aan 80% |
1. Verharding | B | B | B | C |
2. Groen en speelvoorzieningen | B | C | C | C |
3. Openbare Verlichting | B | C | C | C |
3b. Meubilair | B | C | C | C |
4. Beschoeiing en kademuren | B | C | C | C |
5. Civiele kunstwerken | B | C | C | C |
Riolering | B | B | B | B |
Baggeren | B | B | B | B |
A | Mooi en comfortabel |
B | Functioneel |
C | Onrustig beeld, discomfort of enige vorm van hinder; alleen mogelijk als voldaan wordt aan wettelijke eisen, veiligheid en functionaliteit |
D | Kapitaalvernietiging, uitlokking van vernieling, functieverlies, mogelijke juridische aansprakelijkstelling of sociale onveiligheid |
De belangrijkste aandachtpunten:
Terug naar navigatie - De belangrijkste aandachtpunten:Ad a: IBOR
1. Verharding (wegen), straatreiniging (inspectie om het jaar) en gladheidsbestrijding
Voor het wegenonderhoud wordt op basis van de laatste inspectiegegevens uit 2022 en het wegenbeheersplan (2017-2026) het benodigde onderhoud bepaald. Hierin zijn de doelstellingen vanuit het IBOR vertaald in concrete maatregelen. Gedurende de looptijd van het beheerplan wordt waar mogelijk de aanwezige achterstand op het onderhoud van de verhardingen weggewerkt en wordt proactief ingezet op het voorkomen van achterstallig onderhoud in de toekomst. Het wegenareaal wordt grotendeels op kwaliteitsniveau C onderhouden.
Het wegonderhoud wordt zo goed mogelijk afgestemd op het onderhoud van de rest van de openbare ruimte (groen, civiele kunstwerken, beschoeiingen en riolering). Hiermee wordt zo veel mogelijk gewerkt middels het werk met werk maken - principe.
2. Groen en speelvoorzieningen (jaarlijks)
Ook voor het onderhoud van het groen en de speelvoorzieningen gelden de beleidskaders vanuit het IBOR.
Groen: Daarnaast zijn het concept Groenblauwe Omgevingsplan (niet vastgesteld door gemeenteraad) en de planning groenrenovaties de basis waarop het onderhoud wordt uitgevoerd. Het groen wordt onderhouden op kwaliteitsniveau B/C. Er zijn wensen om het groenbeheer nader te onderzoeken en hier een heroverweging qua kwaliteitsniveau ’s op te doen.
Speelplaatsen: Het regulier onderhoud van de speelplaatsen vindt plaats conform de doelstellingen vanuit IBOR en op basis van de Nota Openbare Speelruimte uit 2013.
Onkruidbestrijding: Reeds meerdere jaren is het gebruik van chemische middelen op verharding niet meer toegestaan. Binnen de gemeente Oudewater is gekozen voor het borstelen en af en toe branden van de verharding. Afgelopen jaar is duidelijk geworden, dat het onderdeel groen kwetsbaar is. Vanaf 2023 wordt extra budget vrij gemaakt om de onkruidbestrijding op een gewenste wijze uit te voeren. Ecologisch en natuurlijk beeld, waarbij veiligheid een vereiste is.
3. Overig meubilair en verlichting (5 jaarlijks)
Het overige meubilair wordt onderhouden conform de doelstellingen vanuit IBOR, geldende richtlijnen en het vervangingsplan Meubilair. Bij vervanging wordt wanneer mogelijk gekozen voor een circulaire en modulaire invulling.
4. Beschoeiingen/kademuren (5 jaarlijks)
Onderhoud en vervanging worden ingepland op basis van inspectie en de kwaliteitsdoelstellingen vanuit IBOR.
5. Civiele kunstwerken (5 jaarlijks)
Civiele kunstwerken (bruggen, tunnels, steigers e.d.) worden beheerd op kwaliteitsniveau B en deels op C. De kwaliteit wordt gebaseerd op basis van inspecties en het beheerplan kunstwerken.
Ad B: Riolering
Het beheer, onderhoud en vervangingen van de riolering vindt in 2023 plaats op basis van het in 2019 door de gemeenteraad vastgestelde Gemeentelijk WaterbeleidsPlan (GWP) 2020-2024. Dit is een strategisch beleidsplan waarin de invulling van het gemeentelijk waterbeheer staat beschreven. Het belangrijkste en kostbaarste middel voor het gemeentelijk waterbeheer zijn de riolering en bijbehorende voorzieningen. In het GWP zijn de aanwezige voorzieningen, beheer (onderhoud) en vervanging van de voorzieningen, de verbetermaatregelen en een overzicht van de financiële gevolgen opgenomen. Prioriteit heeft hierbij het wegwerken van de aanwezige wateroverlast.
Ad C: Baggeren
Het baggeronderhoud in 2023 vindt plaats op basis van het vastgestelde baggerplan en gemaakte afspraken met het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden.
Vastgoed
Terug naar navigatie - VastgoedGemeentelijk Vastgoed
Uitgangspunt voor het onderhoud aan het gemeentelijk vastgoed is het meerjaren-onderhoudsplan, gebaseerd op de NEN 2767. Het beleidsniveau voor de uitvoering is conditiescore 3 (wat overeenkomt met ongeveer het cijfer 6,5 op een schaal van 10). De actuele gemiddelde jaarlijks benodigde middelen voor uitvoering van het onderhoud bedragen ca. € 280.000. Bij de berekening van de benodigde jaarlijkse middelen is uitgegaan van het afstoten van diverse vastgoedobjecten om in meerjarenperspectief een sluitende onderhoudsbegroting te realiseren. De jaarlijkse begrotingslast (dotatie) voor uitvoering van het meerjaren-onderhoudsplan blijft bij het afstoten van vastgoed gelijk en bedraagt ca. € 162.000.
Het beleid is erop gericht om gemeentelijke gebouwen die vanwege hun functie niet noodzakelijk eigendom dienen te zijn van de gemeente, indien mogelijk te verkopen. Een recent voorbeeld hiervan is de verkoop van de Papekopperstraatweg 1-3-5 in 2019/2020. Ook is met ingang van 2022 het gebouw Tjonkie overgedragen aan Stichting Tjonkie.
Daarnaast is steeds geprobeerd het meerjaren-onderhoudsplan (MOP) goedkoper uit te voeren, door het voeren van scherpe onderhandelingen met uitvoerders en werkzaamheden nog enigszins uit te stellen daar waar dit verantwoord blijkt.
Daarnaast zijn sommige gebouwen in de praktijk slechts in zeer geringe mate onderhouden, omdat als gevolg van latere besluitvorming de verwachting is ontstaan dat deze gesloopt, gerenoveerd of verkocht zouden worden.
In 2021 is het MOP omgezet naar een duurzaam meerjaren-onderhoudsplan (DMOP) en vastgesteld door de gemeenteraad. Via het DMOP wordt inzichtelijk gemaakt welke duurzame keuzes gemaakt kunnen worden bij regulier vervangingsonderhoud op natuurlijke vervangingsmomenten. Voorbeelden van dergelijke duurzame keuzes zijn het gebruik van duurzaam materiaal, duurzame vervanging van componenten of onderdelen van installaties en het aanbrengen van isolatie bij vervanging van dakbedekking.
Extra investeringen die nodig zijn om gebouwen energieneutraal te maken of om het energielabel met stappen te verbeteren, zijn niet in het DMOP opgenomen. Dergelijke maatregelen vragen om aparte besluitvorming van de gemeenteraad.